Het Rivierenhuis in Amsterdam daagt bouwsector uit tot méér

Korte metten met weggooimentaliteit

Wie denkt dat renovatie vooral gaat over kozijnen vervangen en keukens updaten, heeft het Rivierenhuis nog niet gezien. In Amsterdam-Zuid ondergaat dit woongebouw uit 1964 een radicale transformatie. Niet alleen fysiek, maar ook in de manier waarop we naar bouwen kijken. Hemubo is bezig met één van de meest circulaire renovaties van Nederland. “Dit project heeft de mindset van ons hele team veranderd”, zegt Rutger van Helbergen, Commercieel Directeur Bouw bij Hemubo. “We zijn pioniers geworden, en dat smaakt naar meer.”

320 woningen worden stap voor stap gestript en heropgebouwd. Daarbij is circulariteit geen bijzaak, maar uitgangspunt. Van Helbergen: “We begonnen voorzichtig, met circulaire accenten. Maar gaandeweg wilden we méér. Nu zijn bijna alle toegepaste materialen óf hergebruikt óf ontworpen om dat later te kunnen worden. Losmaakbaar, biobased of met lage CO2-impact.” Een voorbeeld is het sanitair. In plaats van alles te vervangen, zijn spiegels, toiletten en wastafels professioneel gereinigd en opnieuw geplaatst. “We hebben laten zien dat dit soort hergebruik prima mogelijk is. Alles is grondig gecontroleerd en voldoet aan alle eisen. Het vraagt om een andere manier van denken – maar het werkt.”

Renoveren tot in de puntjes

De fysieke upgrade van het gebouw is indrukwekkend, met nieuwe entrees, een nieuwe brancardlift, geïsoleerde gevels, vloerverwarming en zonnepanelen. Ook is het hele pand all-electric en ook de indeling verandert. Garages in de plint maken plaats voor woningen en maatschappelijke ruimtes en de voormalige HAT-woningen worden omgevormd tot zelfstandige appartementen. “Met het toevoegen van woningen in de plint creëren we meer leefbaarheid in de binnentuin, één van de wensen van de bewoners.”

Scepsis verandert in trots

Circulariteit klinkt mooi, maar in de praktijk stuit je soms op koudwatervrees. Ook bij professionals in de uitvoering. “Aanvankelijk was er aarzeling over het gebruik van eerder toegepaste materialen”, vertelt Van Helbergen. “Maar inmiddels is iedereen om: als je materialen goed controleert, professioneel reinigt en slim hergebruikt, kun je nog steeds topkwaliteit leveren.”

“Onze mensen in de uitvoering gaan steeds bewuster werken”, vertelt hij. “Het is een tweede natuur aan het worden. En ook leveranciers zijn door dit project anders gaan denken. Wat begon als een idee, is nu een leerproces waar de hele keten van profiteert.”

Bekroond met biobased lef

Dat het Rivierenhuis vooroploopt in biobased bouwen, is inmiddels ook buiten de bouwplaats opgevallen. In december 2024 won het project de juryprijs voor Beste Biobased Verduurzamingsproject 2025, tijdens het congres Biobased verduurzamen in de praktijk in Utrecht. De vakjury prees onder meer het gebruik van biobased binnenwanden van Faay en de niet-toxische lijnzaadolie-verf van Rigo. Van Helbergen: “Het is een enorme eer. Deze erkenning laat zien dat wat we hier doen, ook écht verschil maakt.”

Bouwen met visie

“We hebben inmiddels meer dan de helft van de woningen aangepakt”, vertelt Van Helbergen. “In februari 2026 moet alles klaar zijn.” En wat blijft er dan over? Een comfortabel, toekomstbestendig wooncomplex met minder CO2-uitstoot, meer sociale cohesie én een gebouw dat opnieuw zestig jaar mee kan. “We hebben met dit project bijna 1,4 miljoen kilo CO2-uitstoot bespaard. Dat staat gelijk aan negen jaar stroomverbruik van honderd Nederlandse huishoudens. Die cijfers maken ons enthousiast.”

Het Rivierenhuis is meer dan een geslaagde renovatie. Het is een statement. “Mensen zeggen vaak: we hebben het nog nooit gedaan, dus het kan niet. Maar wij hebben laten zien: het kan wél. Je hebt alleen lef nodig én een beetje vindingrijkheid.”